Ik ben al vele vele jaren verder. Mijn leven heeft zich ontvouwen en de dagen zijn weer met zonnestralen gevuld. Mijn verlies heb ik verweven en op deze nieuwe weg stap ik voort.
Ik denk dat alles weer z’n gangetje gaat en dat het verlies verwerkt is. Maar schijn bedriegt, waar mijn hoofd niet meer bij kan, hebben mijn cellen opgeslagen, die beleefde momenten komen in mijn dromen, in mijn onbewuste tijd, weer tevoorschijn.
“De nacht breekt aan en zoals elke avond val ik in slaap. Ik word weer wakker. Het is te warm en ik gooi weer eens een been buitenboord, dat ik een poosje later weer onder de deken terugtrek. Ik val weer in slaap en dan loop ik samen met jou, door de lange gang. Jouw handje in de mijne, jij kijkt me vol vertrouwen aan. We zouden alleen maar even weer naar de aardige dokter gaan. Ik had hem weer gebeld met de mededeling, dat Annemiek wel heel erg moeilijk begon te lopen. Als een dronkenman. Ik had hem gevraagd of er misschien iets met haar evenwichtsorgaan aan de hand kon zijn. De winter ervoor was ze in 3 weken tijd binnenste buiten gekeerd en ‘men’ had niets kunnen vinden. De verpleegsters vonden ons meisje een aansteller en ons als ouders overbezorgd. Met die boodschap zijn we toen vertrokken en met dat gevoel keerde ik nu weer terug. De dokter echter stond ons in de lange gang al op te wachten. Z’n blik stond bezorgd. Hij liet Annemiek over een denkbeeldige rechte lijn lopen, dat ze niet voor elkaar kreeg. “Laten we eens een scan maken”, sprak de dokter. Ik nam Annemiek bij de hand en we liepen braaf achter hem aan. De gangen door, de deuren door. Vele passen later stonden wij in de grote ruimte, waar het personeel de voorbereidingen trof. Rustig bleven wij met ons beidjes wachten. Annemiek moest op de ’tafel’ gelegd worden, zodat de foto kon worden gemaakt. Ineens werd men drukker, er werd getelefoneerd, er kwam nog een arts om de hoek zeilen en er werd een spuit klaargemaakt. Annemiek raakte in paniek, want dat was niet verteld. Ik raakte verward en sprong op! “Wat is er aan de hand?”. Er kwam geen antwoord, dus moest ik nog eens vragen. Uiteindelijk werd me verteld, dat er iets te zien was in haar hoofdje en dat ze zekerheid wilden door middel van contrastvloeistof. Maar Annemiek wilde dat absoluut niet meer. Ze was in de afgelopen tijd zo vaak geprikt…
Weer sla ik mijn been buiten de dekens… het blijft te warm. Ik ben weer eens wakker…”
Ik weet dat morgen weer een dag is, waar ik losse eindjes weer bij elkaar moet gaan zoeken en verder mag met het verweven van een tijd, waar ik van dacht dat het geen ruimte meer op zou eisen…
Rouwen duurt een leven lang, ook al denk je het gaat goed… Het verweven is nooit klaar…